Zwangeren wiens baby gedraaid is van stuit- naar hoofdligging hebben een twee keer grotere kans op een keizersnede in vergelijking met vrouwen van wie de baby al de hele zwangerschap in hoofdligging ligt (OR 2.2 (95% CI 1.7-2.8)). Desondanks kan er met elke 3 draaipogingen 1 keizersnede worden voorkomen. Vooral primipara’s hebben na uitwendige versie een verhoogd risico op een keizersnede. Dit concludeert Marcella de Hundt in haar promotieonderzoek. De promovenda vindt dat vrouwen bij draaiing geïnformeerd moeten worden over dit verhoogde risico op een keizersnede, omdat het mee kan spelen in de keuze van plaats van bevalling: thuis of in het ziekenhuis.

Uit het onderzoek van De Hundt is verder gebleken dat een draaiing het risico op heupafwijkingen bij het kind verlaagt maar dat het risico wel aanwezig blijft. Ze adviseert daarom dat alle kinderen die gedraaid zijn na hun geboorte een echografische controle van de heupen aangeboden krijgen. Voor alle kinderen die geboren worden in stuitligging is dit al het geval.