Pinkeltje onderzoek naar ontwikkeling en groei van (matig) prematuren (Engels acroniem: LOLLIPOP)
Geplaatst op
Kennis over de groei en ontwikkeling van met name matig prematuren ontbreekt vrijwel geheel, terwijl dit de grootste groep te vroeg geboren kinderen betreft. Het Pinkeltje-cohort is opgezet om kennis hierover te krijgen. Het cohort bestaat uit een landelijke populatie van 2.517 kinderen waarvan 1.819 prematuren. Van alle kinderen zijn gegevens beschikbaar over gezondheid, groei en ontwikkeling, op basis van dossiergegevens van het consultatiebureau (0-4 jaar), ziekenhuisdossiers en oudervragenlijsten op de leeftijd van 4 en 5 jaar.
Daarnaast zijn 378 kinderen neuropsychologisch getest op de leeftijd van 7 jaar. Het onderzoek wordt uitgevoerd door de afdelingen Neonatologie en Sociale Geneeskunde van het UMC Groningen in samenwerking met jeugdgezondheidszorg en NICU’s. Inmiddels zijn twee proefschriften verdedigd die waren gebaseerd op deze gegevens, daarnaast zijn nog twee promovendi bezig.
Doel
Bepalen van de ontwikkeling en groei van matig (32-36 weken) en veel te vroeg (<32 weken) geboren kinderen, in vergelijking met à terme geborenen.
Vraagstelling/hypothese
- Hoe is de ontwikkeling van (matig) prematuren?
- Hoe is de groei van matig prematuren?
- Wat is de invloed van sociaal-economische status op deze groei en ontwikkeling?
- Wat is de stabiliteit van ontwikkelingsachterstanden door de tijd?
- In hoeverre hebben prematuren meer luchtwegklachten dan à terme geborenen?
Relevantie
Ongeveer 8% van de Nederlandse kinderen wordt te vroeg geboren. Dit betreft grotendeels matig prematuren. Kennis en instrumenten zoals aangepaste groeicurven om deze kinderen te kunnen volgen en begeleiden, ontbreekt.