Amsterdam Born Children and their Development (ABCD) studie
www.abcd-studie.nl
Geplaatst op
Sinds een aantal jaar weten we dat de oorsprong van veel belangrijke gezondheidsproblemen bij kinderen (bijv. ADHD, overgewicht) en volwassenen (bijv. suikerziekte) vaak al in de zwangerschap en de eerste levensjaren ligt. De ABCD-studie hoopt meer inzicht te krijgen in deze vroege factoren.
De ABCD-studie bestaat uit meerdere fases. Fases I en II betroffen de zwangerschap, geboorte en groei in de eerste levensjaren. Ruim 8.000 vrouwen hebben in 2003 tijdens hun zwangerschap een vragenlijst ingevuld en veelal bloed afgestaan voor analyse van de voedingsstatus. Vervolgens zijn de geboorte en groei- en ontwikkelingsgegevens van hun kinderen verzameld. In fase III zijn de gezondheid, ontwikkeling en opvoeding van de kinderen op 5-jarige leeftijd gemeten door middel van vragenlijsten en metingen op school (ABCD-consult). In 2015-2016 heeft fase IV plaatsgevonden, waarbij we vragenlijsten hebben afgenomen bij de toen 11-jarige kinderen, hun ouders en leerkracht. Ook zijn er bij ruim 1000 kinderen lichamelijke metingen verricht. In 2019 zal fase V plaatsvinden. Hierbij zullen vragenlijsten afgenomen worden bij de 15-16 jarige en hun vader en moeder.
Doel
Doel is te onderzoeken in welke mate de gezondheid van kinderen – bij de geboorte en op latere leeftijd – wordt beïnvloed door leefgewoonten en leefomstandigheden van hun moeder tijdens de zwangerschap. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar verschillen in gezondheid tussen kinderen van verschillende etnische afkomst.
Vraagstelling/hypothese
Hoofdvraag is in hoeverre voeding, psychosociale stress, genotmiddelengebruik en leefomgeving vanaf de zwangerschap de gezondheid van het kind beïnvloeden. Hierbij wordt met name gekeken naar zwangerschapsuitkomstmaten en de uitkomsten; cardio-metabool risicoprofiel, voeding, cognitie en gedrag van het kind op latere leeftijd.
Relevantie
Meer inzicht in factoren tijdens de zwangerschap die invloed hebben op de gezondheid van het kind is van belang om (aanstaande) ouders beter te kunnen voorlichten en begeleiden. Inzicht in de etnische verschillen maakt het mogelijk cultuurspecifieke interventies te ontwikkelen, waarmee we kunnen bijdragen aan het verminderen van de etnische ongelijkheid in gezondheid.