Professor Kessels licht nog eens toe dat de SSOV door middel van deze conferentie wil reageren op enkele ingrijpende veranderingen, die de opleidingen raken: Zo heeft de visitatie van de verloskundige opleidingen in 2003, in combinatie met de invoering het Bachelor-Master stelsel, geleid tot curriculum herzieningen en een aantal voornemens op het gebied van de verwetenschappelijking van de verloskunde op de Hbo-opleidingen. Binnen het wetenschappelijk onderwijs wordt bij de nieuwe accreditatie juist een sterk beroep gedaan op de inbedding in het werkveld.
Daarnaast is er in 2004 en 2005 gewerkt aan het project “De Verloskundige As”. Daarin heeft de SSOV zich, samen met de KNOV, over een samenhangende beroepenstructuur en opleidingscontinuüm gebogen. Daarbij is uitgegaan van de verloskundige beroepsuitoefening in het jaar 2015. Naar verwachting krijgen verloskundigen te maken met taakherschikking en taakdelegatie (zoals de screening van huisarts naar 1e lijns verloskunde), de uitbreiding van het huidige taakgebied (zoals de preconceptiezorg) en scherpere randvoorwaarden vanuit opleidingszijde (zoals de toegenomen aandacht in de lesstof voor Evidence Based handelen en onderzoek).
De samenvatting van zijn inleiding luidt dan ook: het niveau van de opleidingen is goed, maar door de vele ontwikkelingen in Nederland is een aanpassing van de opleidingen aan de orde. De verloskundige opleidingen zijn op zoek naar een platform voor hoger onderwijs voor verloskundigen. De opleidingen willen het medisch wetenschappelijke domein inbrengen. De opleidingen zoeken mogelijkheden voor verloskundig praktijkonderwijs in academische ziekenhuizen, waar ook de beroepsgroepen gezamenlijk participeren in onderzoek. Dit alles leidt tot een versterking van de beroepsgroepen. De aansluiting en samenwerking begint bij de opleidingen.