Wetenschappelijke studies die het effect van alternatieve geneeswijzen proberen aan te tonen kunnen op een kritische ontvangst rekenen. In 2008 nog werd professor Bouter, rector magnificus van de Vrije Universiteit, vereerd met de nominatie voor de Kackadorisprijs voor de bevordering van kwakzalverij. Hij had deze twijfelachtige eer te danken aan zijn co-auteurschap van een publicatie in het BMJ over de verhoogde slagingskansen van IVF, na acupunctuur. Dit keer is de reden voor het tumult het proefschrift van Ineke van den Berg, die 9 december in Rotterdam promoveerde. Zij deed ondermeer onderzoek naar de effectiviteit en kosten van een Moxa-behandeling, om een spontane draaiing van de stuitligging te bewerkstelligen. Ze concludeert dat Moxa-therapie bij 33 weken zwangerschapsduur leidt tot beduidend meer hoofdliggingen (66%) tijdens de bevalling dan bij de afwachtende houding (34%). Voor deze specifieke therapie wordt een gloeiende Moxa-staaf gebruikt, die ongeveer een duimbreedte van de kleine teen wordt gehouden. Naast de belangrijke gezondheidsvoordelen, wijst de onderzoeker erop dat de therapie kan leiden tot een besparing van10 miljoen euro in de gezondheidszorg. Van den Berg raadt aan deze therapie alleen toe te passen in overleg met de behandelend arts of verloskundige en met uitleg van een gediplomeerde acupuncturist. Ze komt tot haar conclusies na een systematic review en meta-analyse van onderzoekscijfers uit Japan, Hongarije, Italië en China. De critici, onder aanvoering van secretaris Frits vanDam van de Vereniging tegen de Kwakzalverij, serveren het het proefschrift af “kwakzalverij van de hoogste orde”. Als belangrijkste kritiekpunt wordt de gebrekkige kwaliteit van de geselecteerde onderzoeken uit de review genoemd. Daarnaast is er geen onderzoek gedaan naar het werkingsmechanisme van de behandeling, een doodzonde in de geneeskunde. In een reactie op de kritiek pleiten Van den Berg, Hunink en Duvekot ervoor om eerst te onderzoeken of een behandeling werkt, voor deze direct te bestempelen als kwakzalverij. Wie zelf een oordeel wil vellen, treft het volledige proefschrift aan in de bibliotheek van Kennispoort Verloskunde.