Het proefschrift van Anna Maria Roos snijdt een gevoelig en achtergesteld probleem aan: Hoe om te gaan met ontbrekende of verminderde seksuele respons als gevolg van verzakkingen van de inwendige geslachtsorganen (prolaps), stressincontinentie en bekkenbodemchirurgie? Meer dan een op de tien vrouwen ondergaat op enig moment in haar leven een operatie voor prolaps of stressincontinentie aan en 48-64% van de seksueel actieve vrouwen binnen deze groep heeft last van seksuele disfunctie.

Kwalitatief onderzoek door Anne-Marie Roos in Engeland geeft te zien dat prolaps- en stressincontinentieklachten vooral een negatieve impact hebben op het huidige seksleven, door het eigen lichaamsbeeld van de vrouwen. Vrouwen met prolaps hebben een negatief beeld van hun vagina wat tot onzekerheid leidt over de seksuele ervaring van hun partners. Deze groep maakt zorgen zich over de prolaps tijdens de seksuele activiteit, ervaart pijn en verminderde genitale sensibiliteit. Dit leidt tot verminderd verlangen en opwinding en moeilijkheden met het bereiken van een orgasme. Vrouwen met stressincontinentie schamen zich voor hun incontinentie(verband) en zijn bang dat zij naar urine ruiken. Angst voor incontinentie tijdens geslachtsgemeenschap beïnvloedt verlangen, opwinding en orgasme en kan dyspareunie tot gevolg hebben.

Slechts één op de vijf vrouwen met een seksueel probleem zoekt contact met een zorgaanbieder. Dit kan het gevolg zijn van schaamte, het gevoel dat de zorgaanbieder geen hulp zou kunnen bieden en de opvatting dat seksuele problemen geen echt gezondheidsprobleem zouden zijn. Seksuele problemen worden daarom vaak alleen ontdekt als de zorgaanbieder hier actief naar vraagt. Roos pleit dan ook voor het actief uitvragen en bespreken van dit onderwerp op het spreekuur van (uro)gynaecologen. Haar proefschrift bevat een nieuwe vragenlijst die daarvoor gebruikt kan worden.