Per jaar bevallen in Nederland ongeveer180.000 vrouwen. De zorg voor deze vrouwenvoorafgaand aan, tijdens en kort na de baringwordt verricht door een keten waarin de verloskundige,huisarts, gynaecoloog en kinderartsde belangrijkste actoren zijn. In Nederlandworden zwangere vrouwen met een laag risicoop complicaties begeleid in de eerstelijn,terwijl vrouwen met een hoger risico opcomplicaties naar de tweedelijn wordenverwezen. Wanneer er geen indicatie vooreen bevalling in de tweedelijn is, kan dezwangere zelf de plaats van bevallen bepalen:thuis, in een ziekenhuis of in andere instellingvoor geboortezorg.De voortdurende screening op (mogelijke)afwijkingen van een normaal verloop vanzwangerschap, baring en kraamperiodenoemen we risicoselectie. Deze screening kanook al plaatsvinden in de preconceptioneleperiode. Het doel van de risicoselectie iskwalitatief hoogwaardige en doelmatige,zorg met gebruik van het juiste deskundigheidsniveauvan de verschillende zorgverlenersin de keten.