De suppletie van vitamine D aan zwangeren staat al enige tijd in de belangstelling. In het jaar 2000 kwam de Gezondheidsraad voor het eerst met een advies over de suppletie van vitamine D aan onder andere zwangeren en zogenden[1]. Dit zorgde destijds voor enige discussie in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (NTvG)[2, 3]. Hierbij stonden de KNOV, het NHG en de NVOG op het gezamenlijke standpunt dat er op dat moment onvoldoende onderbouwing beschikbaar was voor routinematige suppletie van zwangeren en zogenden.

Op verzoek van VWS verscheen in september jl. een nieuw rapport van de Gezondheids raad: Naar een toereikende inname van vitamine D[4]. Een aanleiding van dit verzoek was de harmonisatie met de Europese regelgeving waarbij Nederland het absolute verbod op voedingsverrijking met vitamine D heeft moeten loslaten. Daarnaast waren nieuwe wetenschappelijke inzichten op het gebied van vitamine D tekort aanleiding voor dit rapport.