Als onderdeel van een serie van 15 Cochrane reviews over medicamenteuze en niet-medicamenteuze
pijnbehandelingen, verscheen onlangs een systematische review over geïnhaleerde analgesie (Klomp, 2012). Trudy Klomp, verloskundige en onderzoeker bij Midwifery Science, is hoofdauteur van deze Cochrane, een eervolle klus die door haar en haar collega’s gedegen is uitgevoerd.

De Cochrane review evalueert alle soorten geïnhaleerde analgesie op hun effectiviteit en veiligheid. De belangrijkste soorten zijn fluraanderivaten, die in Nederland niet worden toegepast tijdens de baring, en lachgas – een mengsel van 50% distikstofoxide (N2O) en 50% zuurstof – beter bekend onder de merknaam Entonox of Relivopan. De barende vrouw kan zichzelf deze analgesie toedienen door tijdens een wee een kapje op haar neus en mond te plaatsen, een kinmasker om te hangen en het gas in te ademen. De vrouw kan snel beginnen met inhaleren en de middelen werken binnen een minuut. Geïnhaleerde analgesie wordt in Angelsaksische landen veel toegepast. In Nederland werd deze analgesie vanwege de vermeende schadelijke effecten voor de (zwangere) zorgverlener vanaf oktober 2004 afgeraden voor gebruik op de verloskamers. Dit is ook de reden dat de multidisciplinaire richtlijn ‘medicamenteuze pijnbehandelingen tijdens de bevalling’ summier aandacht besteedt aan deze vorm van analgesie (CBO, 2008).