In dit artikel bieden we nieuwe inzichten over de medicalisering van geboorte door de tendensen inobstetrische interventies in Vlaanderen en Nederland te onderzoeken. We betrekken daarbij de invloed van de organisatie van het gezondheidszorgsysteem, klinische richtlijnen en culturele ideeën. We hebben voor deze vergelijkende studie gebruik gemaakt van perinatale statistieken van de nationale perinatale registratie in Vlaanderen en Nederland, respectievelijk het SPE en PRN. In Nederland is het aantal thuisbevallingen nog steeds veruit het hoogste van Europa en sommige interventies (bijvoorbeeld sectio en epidurale analgesie) zijn bij de laagste. Echter, sommige perinatale statistieken, zoals het gebruik van epidurale verdoving tijdens de bevalling, suggereren een toegenomen medische benadering van geboorte in Nederland. Andere tendensen betreffen een toename in het inleiden van en het bijstimuleren tijdens de bevalling en een dalend aantal geboorten in de eerste lijn. De praktijk van thuis bevallen komt onder druk door kritische discussies in de populaire media en door ‘wetenschappelijke’ debatten tussen professionele hulpverleners. In Vlaanderen werden inspanningen gedaan om de medicalisering van geboorte te reduceren, bijvoorbeeld met betrekking tot inleiding van de baring en episiotomie. We kunnen voorzichtig besluiten dat de praktijk van obstetrische interventies in Vlaanderen en Nederland langzaam naar elkaar toegroeit.Wat kunnen we besluiten over deze internationale vergelijking? Geboorte blijft een gemedicaliseerdegebeurtenis in Vlaanderen en Nederland blijft een uitzondering in de Westerse wereld met een hoog aantal thuisbevallingen en relatief lage interventie cijfers. Echter de laatste jaren lijkt het er wel op dat de medicalisering van geboorte nu ook de wensen en ervaringen van Nederlandse vrouwen beïnvloedt.