Prenatale depressie van de (aanstaande) vader heeft een negatief effect op de steun die hij zijn zwangere partner tijdens de ze periode biedt en op zijn eigen stemming en gedrag. Als gevolg ervaart de zwangere vrouw verhoogde stress en is de hypothese van de auteurs dat verhoogde maternale stress geassocieerd is met prematuur bevallen.

Deze Zweedse cohort studie onderzocht onder 366.499 eenling geboortes, het effect van maternale en paternale depressie in relatie tot prematuur bevallen. Depressie werd gedefinieerd als een gediagnostiseerde depressie of gebruik van antidepressiva. De uitkomstmaat was prematuriteit onderverdeeld in zeer premature geboortes tussen 22 en 31 weken en premature geboortes tussen 32 en 36 weken zwangerschap.

Er zijn 2194 zeer premature geboortes en 14.739 premature geboortes. In de analyses corrigeren de onderzoekers voor roken ouders, maternale en paternale leeftijd (≥ 45 jaar), pariteit, opleiding ouders, BMI en maternale depressie. Paternale depressiviteit heeft verband met een verhoogd risico voor een zeer premature geboorte (OR 1.38; 1.04-1.83) en voor een premature geboorte (OR 1.12; 1.00-1.26). De auteurs concluderen dat voor de preventie van premature geboortes het relevant lijkt om niet alleen de moeder tijdens de zwangerschap te screenen voor depressie maar om dit bij beide ouders te doen en dus in deze preventieve maatregel ook de vader actief te betrekken.