Maternal and neonatal outcomes in electively induced low-risk pregnancies Gobson KS, Waters PW,Bailit JL. Am J Obstet Gynaecol 2014;211:249.e1-16. DOI: 10.1016/j.ajog.2014.03.016 Directe link naar de volledige gratis versie van het artikel. Wat zijn de uitkomsten van electief inleiden ten opzichte van afwachten en wat voor rol speelt de cervicale rijping op het moment van inleiden voor de uitkomst? Het Consortium of Safe Labour in Amerika heeft dit (2002-2008) onderzocht binnen twaalf klinische centra en negentien ziekenhuizen. Er zijn 131.243 laag risico zwangeren geïncludeerd, waarvan 10% electief ingeleid werd. Een code is afgesproken waaraan mensen moesten voldoen om electief ingeleid te worden (bijv. dreigende eclampsie). Het cohort wat ingeleid werd bij 37 weken werd qua uitkomstmaten afgezet tegen het cohort wat overbleef aan het begin van de 38e zwangerschapsweek. Het risico op een sectio is kleiner bij elke zwangerschapsweek in de electief ingeleide groep in vergelijking met de afwachtende groep, ongeacht de pariteit of de rijpheid van de cervix. Bijvoorbeeld de kans op een sectio bij electief inleiden bij een primipara met een niet-rijpe cervix is bij 39 weken 0.47 (0.38-0.57) en bij een multipara met een rijpe cervix 0.35 (0.23-0.53). Een electieve sectio blijkt beschermend te werken tegen infecties, beschadigingen aan het baringskanaal en tegen schouderdystocie (38 weken) bij moeder. Neonatale complicaties, inclusief respiratoire aandoeningen zijn lager bij electieve inleidingen ≥ 38 weken ten opzichte van kinderen die in dezelfde week geboren zijn. De belangrijkste conclusie uit deze studie is dat de rijping van de cervix geen invloed heeft op het slagen van de inleiding en op de zwangerschapsuitkomsten.