In de BJOG (2008 Apr;115(5):607-15) werden resultaten uit een Amsterdamse studie gepubliceerd waar gekeken werd naar stress in de eerste helft van de zwangerschap en de invloed daarvan op zwangerschapshypertensie en pre-eclampsie.In de BJOG (2008 Apr;115(5):607-15) werden resultaten uit een Amsterdamse studie gepubliceerd waar gekeken werd naar stress in de eerste helft van de zwangerschap en de invloed daarvan op zwangerschapshypertensie en pre-eclampsie. De studie werd uitgevoerd door Karin Vollebregt et al. tussen januari 2003 en maart 2004. Alle zwangeren in Amsterdam (n=12.377) werden gevraagd te participeren in de ABCD-studie en van hen vulden12.373 vrouwen een sociodemografi sche en psychosociale vragenlijst in aan het begin van de zwangerschap (<24 weken). Alleen primigravida werden geïncludeerd in het onderzoek en van hen voldeden 3.679 primi’s aan de inclusiecriteria. Stress werd gedefi nieerd als werkstress, angst, depressie en zwangerschap gerelateerde angst (gemeten volgens gevalideerde instrumenten). Werkstress kende vier variabelen: totaal aantal uren werk, werkdruk, controle hebben over het werk en spanning welke de baan met zich meebracht. Postpartum kregen de vrouwen een tweede vragenlijst om hypertensie en proteïnurie in kaart te brengen.

De incidentie van pre-eclampsie was 3,5% en van zwangerschapshypertensie 4,4%. Werkstress, angst, zwangerschapsgerelateerde angst of depressie bleken geen effect te hebben op het ontstaan van pre-eclampsie en hypertensie in de eerste helft van de zwangerschap.