Willems en Ewals buigen zich in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (2008; 152(21): 1234-8) uitvoerig over de dilemma’s rond mensen met een verstandelijke beperking die een kinderwens hebben of zwanger zijn.Willems en Ewals buigen zich in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (2008; 152(21): 1234-8) uitvoerig over de dilemma’s rond mensen met een verstandelijke beperking die een kinderwens hebben of zwanger zijn. De auteurs gaan in op de verantwoordelijkheden en mogelijkheden van zorgverleners rond anticonceptie, zwangerschap en ouderschap bij mensen met een verstandelijke beperking. Zij concluderen dat mensen met een verstandelijke beperking kinderen zullen blijven krijgen, ook als de omgeving dit niet direct verantwoord vindt. Hoewel mantelzorg in deze situatie veelal de primaire ondersteuning zal leveren, is adequate professionele ondersteuning gewenst.

Het vaststellen van ouderschapscompetentie en wilsbekwaamheid en het initiëren van een ondersteunend netwerk in het geval van zwangerschap is geen alledaags werk voor de nietgespecialiseerde zorgverlener, zeker bij mensen met een verstandelijke beperking. Bij twijfel is consultatie van of verwijzing naar specifi eke deskundigen aan te raden, bijvoorbeeld een categoriale zorginstelling, MEE, of een arts voor verstandelijk gehandicapten.