Zorgverleners vinden screening op middelengebruik lastiger dan zwangeren
Seib CA, Daglish M, Heath R et al. Screening for alcohol and drug use in pregnancy. Midwifery.
Directe link naar de samenvatting in Midwifery
Deze studie onderzocht in 2009 de bruikbaarheid en precisie van een zelf-rapportage screeningslijst voor gebruik van alcohol, tabak en drugs tijdens de zwangerschap, de korte versie (drie vragen) van een WHO-lijst (tien vragen). In een polikliniek van een groot Australisch ziekenhuis vulden 32 zwangeren een uitgebreide vragenlijst over middelengebruik in.
Zij hadden namelijk bij aanvang van de zwangerschapscontroles op de korte screeningslijst aangegegven alcohol of andere drugs te gebruiken. Daarnaast analyseerden de onderzoekers de gegevens uit de medische dossiers van 349 zwangeren.
De sensitiviteit om gebruikende personen te identificeren was 86% voor alcohol, 91% voor roken en 67% voor drugs. De positief voorspellende waarde was ook hoog: de proportie van mensen met een positieve test die ook daadwerkelijk gebruikten was 100% voor alcohol, 100% voor roken en 92% voor drugs. Slechts vijf van de 32 zwangeren vonden screening onprettig. Opmerkelijk was dat de zorgverleners veel incomplete medische dossiers leverden: 39% voor alcohol, 32% roken en 93% drugs. Zij screenden 25% van de 349 zwangeren niet of onvoldoende.
Uit de geringe screening door zorgverleners, ondanks de acceptatie van screening door de deelnemers, concludeerden de onderzoekers dat zorgverleners moeite lijken te hebben met screening op middelengebruik. Om de screening te verbeteren is verder onderzoek nodig bij zorgverleners naar belemmerende en bevorderende factoren, en gerichte educatie en training voor verloskundigen.
De onderzoekers zien hen als sleutelfiguren in preventie en vroege interventie bij middelengebruik in de zwangerschap.