Perinatale uitkomsten in de vier grote steden en de prachtwijken in Nederland
Het verband tussen woonwijk, etniciteit en ongunstige perinatale uitkomsten analyseren bij zwangeren in de 4 grootste steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht; G4) en in de rest van Nederland.Descriptief, retrospectief onderzoek. De perinatale uitkomst van 877.816 eenlingzwangerschappen in Nederland in de periode 2002-2006, vastgelegd in de Perinatale Registratie Nederland, werd geanalyseerd op etniciteit van de zwangere (westers of niet-westers) en op woonwijk (achterstandswijk (‘prachtwijk’) of niet) in de G4-steden en daarbuiten. Een ongunstige perinatale uitkomst was gedefinieerd als perinatale sterfte, congenitale afwijkingen, dysmaturiteit, vroeggeboorte, een apgar-score na 5 minuten < 7 en/of opname op een neonatale intensivecareunit.Het perinatale sterftecijfer was in de G4-steden hoger dan in de rest van Nederland
(11,1 versus 9,3‰; p < 0,001; 95%-BI van het verschil: 1,2-2,4‰). Hetzelfde gold voor het totaal van ongunstige perinatale uitkomsten (154,9 versus 138,9‰). In de G4-steden was de perinatale sterfte in de groep niet-westerse vrouwen hoger dan in de groep westerse vrouwen (13,2 versus 9,5‰). Het wonen in een prachtwijk gaat gepaard met een hogere perinatale sterfte dan in een niet prachtwijk (13,5 versus 9,3‰). De relatieve risico’s van het wonen in een prachtwijk zijn groter bij westerse dan bij niet-westerse vrouwen.Vrouwen in de G4-steden hebben een sterk verhoogde kans op een ongunstige perinatale uitkomst. Wonen in een prachtwijk vormt een nog groter risico, vooral voor westerse zwangeren. Deze bevindingen zijn van belang voor het vaststellen van nieuwe strategieën ter verbebering van de perinatale uitkomst.