Het is onduidelijk wat de beste manier is om zwangerschapsdiabetes op te sporen. Twee tot vier procent van de zwangere vrouwen heeft meer kans op deze complicatie tijdens de zwangerschap en een nog hogere kans om later suikerziekte te ontwikkelen. Vrouwen met diabetes gravidarum hebben meestal geen klachten of symptomen, wat de opsporing bemoeilijkt. Marsha van Leeuwen onderzocht de diagnostische waarde en de kosten van verschillende testen en voorspellende modellen.

Volgens de promovenda is een dure (€ 43.171 per voorkomen complicatie) 75-g orale glucosetolerantietest bij alle zwangere vrouwen in het tweede trimester de meest effectieve strategie om zwangerschapsdiabetes op te sporen. Een alternatief is om een nuchtere glucosemeting te verrichten in de 24ste week van de zwangerschap. Als die afwijkend is, kan een 75-g orale glucosetolerantietest worden verricht. Eén enkele random glucose meting werd niet geschikt bevonden als screening test in het tweede trimester.

Van Leeuwen pleit ervoor om de kans op diabetes te voorspellen op basis van een zelf ontwikkeld klinisch predictiemodel, bestaande uit risicofactoren en patiëntkarakteristieken. De belangrijkste voorspellers zijn familie anamnese, BMI, etniciteit en diabetes gravidarum in de voorgeschiedenis. Indien een OGTT zou worden verricht bij alle vrouwen met een kans op diabetes gravidarum van 2% of hoger, zou 43% van alle vrouwen in het cohort een orale glucosetolerantietest moeten ondergaan en zou 75% van alle vrouwen met diabetes gravidarum worden opgespoord. Dit nieuwe model is dus veelbelovend. Voor het een plek in de praktijk kan krijgen moet het nog extern gevalideerd worden, bij voorkeur in een grote observationele studie.