Deze kwalitatieve studie gaat in op de emotionele aspecten van bevallen en wat die voor een vrouw betekenen. Doel is om de complexiteit van een bevallingservaring beter te begrijpen en te kunnen plaatsen in een bredere context.

De deelnemers waren acht Engels- en Spaanstalige Amerikaanse vrouwen uit Atlanta met verschillende etnische en sociaaleconomische achtergronden die recent fysiologisch en a-terme waren bevallen van een gezond kind. De werving gebeurde met folders bij lokale zwangerschapscursussen en kraamzorgbureaus en via sociale media.

De vrouwen werden tweemaal geïnterviewd; eenmaal 3-12 weken en eenmaal 10-22 weken postpartum. Ze vertelden hun bevallingsverhaal en de interviewer vroeg expliciet naar fysieke gevoelens, emoties, de tijd en ruimte waarin de bevalling plaatsvond, en naar relaties. Zeven vrouwen waren in het ziekenhuis bevallen zonder medische indicatie, en één vrouw thuis.

De vrouwen beschrijven de essentie van hun bevallingservaring als een dynamische beweging tussen zichzelf bijeen zien te houden en uiteen vallen (“keeping it together and falling apart”). Vrouwen voelen zich afwisselend sterk genoeg om te bevallen en onzeker over hun kracht; ze voelen blijde verwachting, maar ook angst voor een onzeker einde van de bevalling.

Aan de essentie van hun ervaring liggen vier elkaar beïnvloedende factoren ten grondslag: vertrouwen (het geloof in eigen kracht), comfort (het vermogen om zichzelf beter te doen voelen), zelfbeschikking (het vermogen om te krijgen wat ze nodig achten) en connectie (het vermogen om betrouwbare ondersteuners te kiezen).

De onderzoekers benadrukken dat vooral het de wisselende emoties maken dat een bevallingservaring zo complex kan zijn. Dit vergt een flexibele een adaptieve houding van zorgverleners.