Postpartum depressie en borstvoeding
Postpartum depressie (PPD) wordt voor deze in Canada uitgevoerde review gedefinieerd als: depressie binnen 1 jaar postpartum klinisch gediagnosticeerd en/of op basis van zelf gerapporteerde symptomen vastgesteld.
Dennis CL, Mc Queen K.
The relationship between infant-feeding outcomes and postpartum depression: a qualitative systematic review.
Pediatrics. 2009 April; 123(4):e 736-51
Te bekijken via de site van Pediatrics
Postpartum depressie (PPD) wordt voor deze in Canada uitgevoerde review gedefinieerd als: depressie binnen 1 jaar postpartum klinisch gediagnosticeerd en/of op basis van zelf gerapporteerde symptomen vastgesteld. Bij eerder onderzoek is een periode prevalentie van 19.2% gevonden. De auteurs kozen voor een kwalitatieve review omdat er bij onderzoeken op dit terrein veel methodologische verschillen en verschillen in (het gebruik van) meetinstrumenten zijn. Van de 57 gevonden artikelen zijn er 49 gebruikt uit de periode 1981-2007 vanuit vijftien westerse en niet-westerse landen. De uitkomsten werden ondergebracht in vier categorieën: borstvoeding 1. ja/nee 2. begin met, duur, exclusief 3. problemen en 4. ‘self efficacy’. De resultaten van de review suggereren dat vrouwen met PPD eerder stoppen met borstvoeding, een lagere self efficacy en een verhoogd risico op problemen hebben. Vrouwen die al antenataal (symptomen van) een depressie hebben, hebben een verminderde kans op starten met borstvoeding en exclusief borstvoeding geven. De auteurs concluderen dat PPD een risicofactor is voor (adequate) borstvoeding en zij bevelen aan depressie al antenataal bespreekbaar te maken, tijdig te herkennen en te behandelen. Verder onderzoek naar effectieve interventies om vrouwen met PPD die borstvoeding geven te ondersteunen is wenselijk.
Noot redactie: de aanbevelingen van de auteurs sluiten aan bij aanbeveling 6 en 15 van de KNOV-standaard prenatale verloskundige begeleiding (KNOV dec 2008). Aanbeveling 6: Informeer uw cliënte over veel voorkomende lichamelijke, psychologische en foetale ontwikkelingen. Aanbeveling 15: Vraag de zwangere bij elke controle naar haar stemming. Ga zo nodig dieper in op symptomen van depressie en angst.