De World Health Organisation (WHO) heeft in 2015 Respectful Maternity Care (respectvolle geboortezorg) op de agenda gezet. Dit Nederlandse onderzoek zoomt in op de door de cliënt ervaren interactie met de geboortezorgverlener tijdens de baring.

Om de ervaren interactie te meten werd gebruik gemaakt van vier domeinen uit het zogenaamde ‘responsiveness concept’ (WHO). In dit concept gaat het erom in hoeverre de zorgverlener aansluit bij de zorgbehoefte.

De vier domeinen:

  • Respect / vriendelijkheid, begroeten, persoonlijke aandacht
  • Communicatie / delen van informatie, niet-technisch woordgebruik, glimlachen, oogcontact, stemgebruik
  • Vertrouwelijkheid /privacy en vertrouwelijkheid medische dossiers en persoonlijke informatie
  • Autonomie /informeren, gezamenlijke besluitvorming, informed consent, recht om behandeling te weigeren

Er werden gegevens gebruikt vanuit de INtegrated Care System studie (INCAS-2). In vier Nederlandse regio’s deelden 767 vrouwen, die bevallen waren tussen 2015 en 2018, hun ervaring via een online vragenlijst, de Nederlandstalige ReproQ. De vragen werden gescoord op een 4-punts schaal met de antwoord opties ‘nooit’ (1), ‘soms’ (2), ‘meestal’ (3) en ‘altijd’ (4).

In alle vier de domeinen was de gemiddelde score >3.5. Een optimale score (=score 4) kwam het meest voor in het domein vertrouwelijkheid (64%) en het minst in het domein autonomie (36,2%). Uitgesplitst naar karakteristieken van de client werd de interactie in alle domeinen vaker als optimaal ervaren bij thuis bevallen versus klinisch bevallen; in het domein respect vaker optimaal bij laag opgeleid versus hoog opgeleid; in het domein communicatie vaker optimaal bij multi versus primi en bij spontaan versus kunstverlossing; en in het domein autonomie vaker optimaal bij spontaan zonder episiotomie versus spontaan met episiotomie.

De auteurs concluderen dat er ruimte voor verbetering is in de client-zorgverlener interactie, zeker waar het gaat om autonomie. Zij dagen zorgverleners uit om de norm om protocollen te volgen ter discussie te stellen en in het debat hierover te zoeken naar factoren die positief of negatief de autonomie beïnvloeden.